De (Gouden) Honinggoerami doet zijn naam alle eer aan.
Gouden honingkleur, dat is het eerste waar je aan denkt bij de naam Honinggoerami. Hoewel er verschillende rassen zijn, hebben ze allemaal de typische lange buikvinnen gemeen. Leer alles wat je moet weten over het houden van deze gemakkelijk te verzorgen zoetwatervissen in dit artikel.
Wilde Honinggoerami vrouwtjes worden gekenmerkt door een okerkleurige tot grijsbruine basiskleur. De mannetjes glanzen met honingkleurige schubben, tenzij het paartijd is. Tijdens de voortplantingstijd draagt het mannetje een prachtig schubbenkleed met een bruin-oranje-rood lichaam, een gele rugvin en een fluweelzwarte borst. De donkere kleur reikt tot aan de anaalvin. Het vrouwtje heeft daarentegen een meestal onopvallende grijsbruine kleur.
In de jaren ’90 en ’00 zijn er twee soorten van de Honinggoerami met verschillende kleurkenmerken bijgekomen. De eerste was een gele mutatie, ook bekend als de gouden Honinggoerami. Hij is helemaal citroengeel.
Later verscheen een tweede mutatie van de gouden Honinggoerami in de dierenwinkels. Deze variant had sterkere rode tinten in de rugvin en de anaalvin. Deze variant van de vis wordt in de volksmond ook wel rode Honinggoerami genoemd. Het is echter nog steeds niet duidelijk of de rode Honinggoerami een origineel gekweekt ras is of dat hij rood is verkleurd.
De typisch lange buikvinnen zijn ook kenmerkend voor Honinggoerami’s. Met de zogenaamde buikvinstralen kunnen zij voelen, proeven en zich ruimtelijk oriënteren.
Hoe herken je het geslacht?
Grootte en kleur helpen om onderscheid te maken tussen het geslacht van Honinggoerami’s. De vrouwtjes kunnen maximaal 5 centimeter lang worden en zijn vaak iets groter dan de mannetjes. De mannetjes worden gemiddeld maar 4 centimeter lang.
Aangezien de verschillen in grootte minimaal kunnen zijn, helpen de kleuren tijdens het paarseizoen ook om de mannetjes van de vrouwtjes te onderscheiden. De basis van een zwarte borst- en buikzone is niet aanwezig bij vrouwtjes. Zij zijn merendeels zijn grijsbruin.
Bij sommige soorten, zoals de gouden Honinggoerami, is de zwarte kleur van de mannetjes bijna volledig verdwenen. Meestal is de rand van de buikvin nog wel steeds zwart.
Als je slechts één paar houdt, is het mannetje meestal gekleurd en het vrouwtje eerder bleek en onopvallend. In een groep kan het echter gebeuren dat onderdrukte mannetjes de kleur van de vrouwtjes overnemen. De dominante mannetjes schitteren daarentegen in de mooiste kleuren.
In tegenstelling tot de vrouwtjes hebben mannelijke Honinggoerami’s een zwarte buik.
Het houden en verzorgen van de Honinggoerami
Om Honinggoerami’s op de juiste manier te houden, moet je de kleine Goerami’s altijd in paren in het aquarium zetten. Als het aquarium hier groot genoeg voor is, kunnen ze als schoolvissen natuurlijk ook in grotere groepen leven.
Welk aquarium is geschikt?
Honinggoerami’s zijn geschikt voor soorten- en gezelschapsaquaria. Als je één paar Honinggoerami’s wil houden, heb je een aquarium nodig met ten minste 60 centimeter lengte aan de voorzijde In een aquarium van ten minste 100 centimeter lang kunnen ook twee paren gehouden worden.
Voldoende ruimte is noodzakelijk, want ze kunnen vrij agressief worden. Vooral tijdens de paartijd, zelfs tegenover soortgenoten.
De watertemperatuur moet tussen 23 en 27 graden Celsius liggen, waarbij 25 graden Celsius optimaal is voor Honinggoerami’s. Verder zijn er geen speciale eisen aan de waterwaarden zolang het water niet te alkalisch en te hard is.
Hoe moet het aquarium worden ingericht?
De Gourami voelt zich het prettigst in een dicht beplante bak. Daarom heeft een aquarium veel onderwaterplanten nodig, zoals javavaren, hoornblad of nimfkruid.
Dit is de enige manier om aan de natuurlijke levensomstandigheden te voldoen en de mogelijkheid te bieden om in een schuimnest te paren.
Voor het substraat bevelen wij een grind aan van ongeveer 3 tot 5 centimeter hoog, waarin je enkele hoge onderwaterplanten kunt planten. Je kunt ook extra schuilplaatsen creëren met stenen en wortels op het substraat. Bovendien is een bovenlaag van drijfplanten nuttig.
Denk ook aan rustplekken en territoria in het aquarium. Als er meerdere paren Honinggoerami’s zijn, heeft elk mannetje op zijn minst een eigen territorium nodig met een oppervlakte van minimaal 30 bij 30 centimeter. Zo kan het inferieure dier zich terugtrekken en herstellen. De vrouwtjes hebben deze rustplaatsen ook nodig om zich van de mannetjes Honinggoerami’s te kunnen terugtrekken.
Welke vissen passen bij Honinggoerami’s?
De vissen kunnen ook in een gezelschap gehouden worden. Je stelt jezelf nu vast en zeker de vraag met welke onderwaterdieren de Honinggoerami’s kunnen opschieten.
Het is belangrijk dat de Honinggoerami’s met vreedzame, kleine en zachte vissoorten omgaan. De socialisatie werkt zolang de andere onderwaterbewoners geen groter territorium voor zichzelf opeisen en niet groter zijn dan de Honinggoerami’s.
In geen enkel geval mogen Honinggoerami’s socialiseren met andere Gouramisoorten. Bovendien mogen ze nooit samen worden gehouden met vissen die aan de buikvinnen van de Honinggoerami rukken, zoals bijvoorbeeld het geval is met Sumatraanse barbelen.
Voeding: wat eet een Honiggoerami?
Honinggoerami’s zijn makkelijke vissen wat eten betreft. Het aangeboden voedsel moet alleen niet te groot zijn. Als kleine kieskeurige eters kunnen ze gewend raken aan levend, diepgevroren of vlokkenvoer.
Zorg er echter altijd voor dat je siervissen een gevarieerde voeding krijgen. Als je vissen gewend zijn aan droogvoer, vul dit dan aan met levend voer, zoals Artemia. Je Honinggoerami’s zullen je dankbaar zijn.
Gedrag: wat is typisch voor Honinggoerami’s?
De Honinggoerami is een betrekkelijk vreedzame, maar nogal schuwe en territoriale aquariumbewoner. Tijdens het broedseizoen verdedigt het mannetje zijn schuimnest en visbroed met hand en tand tegen elke indringer.
Als er te weinig schuilplaatsen zijn of als de vissen worden gehouden in tanks die te klein zijn voor hun soort, zal de stress van de zoetwatervissen zich uiten in agressief gedrag.
Herkomst: waar komt de Honinggoerami voor?
De natuurlijke habitat bevindt zich in de rivieren van Noordoost-India en Bangladesh, waar zij in scholen samenleven. In de Brahmaputra, Ganges en Hooghly of Hugli koloniseren zij de oeverzones.
Zoals bij alle labyrintvisachtigen, kan de Honinggoerami aan het wateroppervlak ademen. In zijn thuisland in Zuidoost-Azië wordt hij gewaardeerd als een consumptievis. Sinds hij in Europa is geïntroduceerd, is hij een populaire aquariumvis in zoetwateraquaria.
Weetjes over de soorten van de Honinggoerami
In oudere literatuur valt de Honinggoerami onder verschillende wetenschappelijke namen. Zo kun je hem vinden onder verschillende soortnamen: Trichogaster chuna, Colisa sota, Colisa chuna, Trichopodus sota of Polyacanthus sota.
Inmiddels behoort de Honinggoerami tot de soort Trichogaster en niet meer tot de Colisa.Ook bij gespecialiseerde handelaars in dierentuinen wordt de benaming Trichogaster chuna algemeen aanvaard. In de volksmond is echter de naam Honinggoerami’s gebruikelijk.
Sinds een paar jaar geleden is de Mexicaanse salamandersoort Axolotl een regelrechte trend. De vriendelijke blik op zijn gezicht en de opvallende kleuren maken het dier tot een echte blikvanger in ieder huis. Hoewel de axolotl als erg exotisch wordt gezien, is het diertje relatief makkelijk te verzorgen. In dit artikel kun je alles over deze vissensoort leren.
De clownvis, hoewel deze vis ook wel bekend staat onder de naam anemoonvis, is die laatste naam eigenlijk de aanduiding van het geslacht Amphipiron. De twee soorten lijken heel erg op elkaar, maar moeten biologisch gezien uit elkaar worden gehouden: enerzijds de driebandanemoonvis (Amphiprion ocellaris), die het bekendste is, anderzijds de perculaclownvis (Amphiprion percula). De anemoonvisjes zijn van nature gevestigd in de Stille en Indische Oceaan en zijn niet met uitsterven bedreigd.
De familie van de kogelvissen (Tetraodontidae = viertandige) bestaat uit 25 onderfamilies met in totaal zo’n 200 soorten. Met een grootte van net twee centimeter is de dwergkogelvis (Carinotetraodon travancoricus) het kleinste lid van de familie. De reuzenkogelvis is – zoals de naam waarschijnlijk al verraadt – beduidend groter: deze kan een doorsnede van wel 1,20 meter hebben. Kogelvissen zijn vertegenwoordigers van de hoogontwikkelde beenvissen. In dit artikel lees je alles over de kogelvis.
