Betta

betta

Fonkelend, schitterend en soms wat agressief. Dat is de Siamese kempvis betta in zijn drie kenmerkendste eigenschappen. Het is zeker een bijzonder visje, dat ieder aquarium van een betoverend karakter voorziet. Ondanks wat zijn exotische uiterlijk misschien suggereert, is het diertje niet erg veeleisend en daarom extra geliefd bij nieuwkomers in de aquariumhobby.

Schitterend, kleurrijk, uiteenlopend: zo ziet de betta kempvis eruit

De kempvis heeft zijn naam verworven door zijn agressieve gedrag. Wellicht komt dit woord je in de combinatie kemp-haan bekend voor, een verbastering van kamp, dat op zijn beurt weer een verouderd woord is dat ‘gevecht’ of ‘wedstrijd’ betekende (denk ook aan het Duitse Kampf). Trouw aan beide betekenissen in het Nederlands worden de visjes in Thailand zelfs af en toe voor visgevechten en wedstrijden gebruikt. In Europa en Amerika is het diertje daarentegen een populair huisdier, wat dan weer sterk met zijn uiterlijk samenhangt. De betta komt in wijd uiteenlopende kleuren voor. Het lichaam en de prachtige vinnen, die elegant in het water achter het visje aan fladderen, kunnen in verschillende kleuren gekweekt worden en die uiteenlopende kleuren zorgen voor een prachtig contrast. Opvallend is het ademhalingsorgaan. Met dit zogenaamde labyrintische orgaan kan het diertje ook zuurstof opnemen in zeer zuurstofarm water. De duizelingwekkende  hoeveelheid ondersoorten wordt ingedeeld naar uiterlijke kenmerken, vorm en patronen. Terwijl de mannetjes in hun uitbundige kleurenpracht zwelgen, zijn de vrouwtjes wat minder kleurrijk. Beide zijn ongeveer 160 millimeter lang, nooit groter dan dat.

Deze soorten bettavissen zijn er

In wezen worden er door betta-experts acht hoofsoorten onderscheiden: Alle kempvissen scharen zich dus o.a. onder de namen betta akarensis, antonii, aurigans, balunga, chini, ibanorum, pinguis of obscura. De namen zijn voornamelijk gebaseerd op de patronen op en kleuren van schubben en vinnen. Daarnaast zijn er veel andere soorten zoals de betta pugnax en de betta brownorum. Een aantal van deze dieren zijn muilbroeders, andere leggen hun kuit in een stevig schuimnest aan het wateroppervlak. Naast categorieën op basis van het patroon worden de visjes ook ingedeeld naar de vorm van hun staart. Zo zijn er de zogenaamde Crown Tails met een prachtige kleurrijke vin. Deze heeft bijna hetzelfde effect als de veren van een paradijsvogel. De Halfmoons hebben daarentegen weer één enkele vin in de vorm van een halve maan, die ook weer in wijd uiteenlopende kleuren voorkomt. De Long Tail-betta’s hebben weer erg lange staartvinnen en een bijna even lange buikvin. Verder zijn er nog kempvissen met sluierstaarten, ronde staarten, driehoekige deltavinnen en dubbele staarten te onderscheiden. Tachtig procent van alle betta’s die in dierenwinkels worden aangeboden hebben overigens de markante sluierstaart in rechthoekige- of ruitvorm.

Thailand: waar de roots van de betta kempvis liggen

Doorgaans wordt Thailand als land van herkomst van de kempvis gezien. De Nederlandse naam voor één van de soorten – Siamese kempvis – verwijst hiernaar. Dit komt vooral door de visgevechten, die in dit land het meest worden georganiseerd. Het begrip betta wijst echter op een beduidend groter verspreidingsgebied. Dit stamt namelijk uit de Javaanse taal. In het Thai wordt de vis eerder met Pla-kad of Trey Krem aangeduid. De betta is voornamelijk in het zoet water van Zuidoost-Azië te vinden. De eilanden van Indonesië en dan vooral de regio rondom Bali, Maleisië, Laos, Vietnam, Myanmar en Cambodja horen dus ook bij de gebieden waarin de betta gedijt. Buiten Zuidoost-Azië worden de visjes voornamelijk in aquaria of af en toe in privévijvers gehouden.

Tips voor het houden van kempvissen: Aanbevolen dieet

Kempvissen die in de vrije natuur rondzwemmen voeden zich voornamelijk met kleinere weekdiertjes en waterinsecten. Deze worden recht uit het water verorberd of van het wateroppervlak geplukt. Als je zelf een betta houdt, is het belangrijk om te weten dit visje een regelrechte carnivoor is. Plantaardige voeding is dus absoluut geen optie. In de vakhandel of dierenwinkel is speciaal vlokkenvoer of granulaat voor deze visjes te verkrijgen. Dit moet rijkelijk gevuld zijn met dierlijke proteïnen, dat de visjes voor de opbouw van hun spieren nodig hebben. Levend voer is een goed alternatief, dus vooral kleinere insecten zoals vliegen, fruitvliegjes, larven of muggen zijn prima geschikt. Bovendien zijn ingevroren insecten, die ook gewoon bij de dierenwinkel te krijgen zijn, erg populair bij betta-houders. Pellets en granulaat behoren ook tot de voedermogelijkheden. Tot slot mogen kempvissen ook kleinere porties (groene) bonen krijgen.

Zo zijn de dieren in een aquarium te houden

Over het algemeen is het niet erg moeilijk om de kempvis te verzorgen en daarmee ook geliefd bij beginners. Omdat hij niet al te groot is, hoeft hij ook niet in een enorm aquarium te worden gehouden. Dit moet een minimumvolume van 54 liter hebben en ongeveer 60 cm lang zijn. De kleinere ondersoort, de zogenaamde nano-kempvissen, kunnen ook in aquaria vanaf 30 liter gehouden worden. Vanwege hun grote vinnen hebben de visjes rijkelijk energie en plaats nodig om in het water rond te kunnen zwemmen. Er zijn ook wel voordelen aan een kleiner aquarium – de territoriale betta hoeft dan een kleiner domein tegen indringers te beschermen. De temperatuur van het water moet ongeveer rond de 26°C liggen. Voornamelijk bij lagere temperaturen onder de 20°C maken het de visjes erg moeilijk. Ze zullen dan bijna geen vin verroeren. Het water kun je opwarmen door bij een 30-liter-aquarium een 25-watt-verwarmingselement te gebruiken.

De optimale pH-waarde ligt voor betta’s bij 5 tot 7, kan dus betrekkelijk zuur zijn. De pH-waarde mag absoluut niet buiten dit domein komen. De ideale hardheid van het water wordt gewoonlijk op 5 tot 15 vastgesteld. Kunstmatige stroming moet per se worden vermeden. In het wild leven de diertjes in stilstaande meren – deze omstandigheden moeten natuurlijk zo goed mogelijk worden gerecreëerd in een aquarium. Ook beplanting op de aquariumbodem is zonder twijfel nodig bij het houden van kempvissen. Met het oog op de afkomst van de visjes krijgen Aziatische waterplanten natuurlijk de voorkeur boven Europese. Betta’s voelen zich goed in of in de buurt van flink dichte plantenbossen en kleinere drijvende planten. Aan het wateroppervlak moet er wel nog ruimte voor de schuimnestjes overblijven, die de visjes voor de voortplanting bouwen. Door de drijvende planten wordt het in het aquarium wat donkerder, waar de betta zich juist erg prettig bij voelt. Rood-groene en wit-groene moerasplanten biedt de beste schaduw. Als decoratie heb je de keuze uit echte stenen en echt hout. Op de bodem van het aquarium kun je bijna naar hartenlust met de bodembedekking variëren. Een groot taboe is echter het gebruiken van alleen lichte of alleen donkere steentjes. Afgezien van deze restrictie is alles mogelijk, van kiezels via ronde steentjes tot zand.

Een filter is in principe niet absoluut noodzakelijk, maar als je hiervan afziet moet een groot deel van het water wekelijks worden gewisseld. In die zin zijn kleinere binnenfilters een groot voordeel. Waterzuiveraars kunnen ook worden gebruikt. Deze chemische supplementen voor het aquarium verwijderen eventuele zware metalen uit het water. Te veel van het goedje en belangrijke bacteriënkoloniën gaan dood, die ook voor vissen zo nu en dan nodig zijn. Deze kolonies groeien in ongeveer vier weken – het is aan te raden dat je het aquarium zo lang al hebt gevuld met water, voordat je het dier adopteert.

Let op: er zijn dan wel vredelievende exemplaren onder de kempvissen, af en toe zijn deze vissen vervelende ventjes. Zijn territoriaal gedrag kan uitgesproken agressief zijn, daarom wordt het houden van twee mannetjes in één aquarium sterk afgeraden. In gezelschap van vrouwtjes gedraagt de kempvis zich echter een stuk netter. Voor andere vissoorten is het belangrijk dat deze zowel niet te groot als niet te klein zijn. Grote vissen zullen de kempvisjes als prooi zien, terwijl te kleine visjes op hun beurt door de betta kunnen worden opgegeten. Baarzen hebben bijvoorbeeld zelf de drang om hun territorium te verdedigen en zullen dan ook in constante gevechten met het betta-mannetje om de heerschappij over het aquarium strijden. Danio-visjes zijn daarentegen extreem energiek, wat voor de kempvis dan weer extreem veel stress oplevert. De beste mogelijkheden zijn meervallen en vissen met kleine vinnen die ongeveer even groot zijn als de betta’s. Onvoorwaardelijk te vermijden zijn Guppy’s.

Gezondheid: een robuuste vis

Kempvissen kunnen dan wel geen Methusalemse leeftijden bereiken, in hun leven van ongeveer drie tot vijf jaar zijn ze over het algemeen gezond en robuust. Een groter gevaar loert in schimmel- en bacteriële infecties. Dit kan veroorzaakt worden door een filter dat niet sterk genoeg is ingesteld. Aan de andere kant kunnen filters af en toe ook voor veel stress zorgen, met eventueel ziekten en dood tot gevolg. Om de kempvis zo gezond mogelijk te houden, moet de aquariumbodem regelmatig van voerresten, uitwerpselen en vuil worden ontdaan. De alarmbellen zouden indringend moeten gaan rinkelen als de vis lethargisch op de bodem vertoeft. Hij zou gestrest of ziek kunnen zijn. Een andere mogelijkheid is dat het water een te lage temperatuur heeft, zoals boven vermeld ligt deze idealiter rond de 26°C. Een gezonde kempvis zwemt regelmatig zijn territorium rond, is dus in het hele aquarium actief. Bij zulke ‘inspecties’ zijn de staart en vinnen wijd uitgestrekt. De schubben moeten er glad en schoon uitzien. Verschoon vooral het water of verhoog de temperatuur wanneer het dier niet eet, inactief is of tegen objecten aanzwemt. Hetzelfde geldt bij veranderingen in kleur en minder actieve vinnen. Gezwollen ogen en halfopen kieuwen zijn een dringende reden om direct naar de vakhandel te gaan en een dierenarts te raadplegen. Naast infectie door schimmels en bacteriën zijn staart- en vinrot en oedeem de meest voorkomende ziekten. Bij oedeem (buikwaterzucht) ziet de buik er opgezwollen uit. De vinnen staan bovendien naar buiten gericht. Er is helaas geen effectief middel tegen deze aandoening. Ook erg lastig te behandelen is fluweelziekte, ook wel peperstip genoemd, waarbij het diertje er roze of goudkleurig uitziet met een soort nevelsluier over het hele lichaam. Zo’n verandering in het uiterlijk is naar parasieten terug te leiden. Voor behandelingen moet je de betta een tijdje van andere dieren scheiden en in quarantaine medicijnen zoals antibiotica geven. Dit soort therapie kan tot wel vier weken duren. De medicijnen die hiervoor het vaakst worden gebruikt zijn maracine, een middeltje tegen schimmelinfectie, en de antibiotica tetracycline en Ampicilline.

De aankoop van kempvissen: Waar haal ik het visje vandaan?

Kempvissen zijn een regelrechte klassieker in iedere aquariumafdeling van elke willekeurige dierenwinkel. Vaak zijn er echter alleen gangbare soorten met Crown en Halfmoon Tail te verkrijgen. Voor bijzonderdere soorten moet je bestellingen doen of in grotere steden rondneuzen. Verder zijn internetdiensten natuurlijk nog een mogelijkheid. Hier kun je een uitgebreide selectie aan betta’s vinden. Deze kun je in alle rust bekijken, maar ophalen zul je meestal in persoon moeten doen. Wie het zoekgebied op 100 tot 200 kilometer instelt, heeft een keuze aan excellente kwekers in West- en Midden-Europa ter beschikking.

Betta

Onze meest behulpzame artikelen
8 min

Axolotl

Sinds een paar jaar geleden is de Mexicaanse salamandersoort Axolotl een regelrechte trend. De vriendelijke blik op zijn gezicht en de opvallende kleuren maken het dier tot een echte blikvanger in ieder huis. Hoewel de axolotl als erg exotisch wordt gezien,  is het diertje relatief makkelijk te verzorgen. In dit artikel kun je alles over deze vissensoort leren.

9 min

Clownvis (Annemoonvis)

De clownvis, hoewel deze vis ook wel bekend staat onder de naam anemoonvis, is die laatste naam eigenlijk de aanduiding van het geslacht Amphipiron. De twee soorten lijken heel erg op elkaar, maar moeten biologisch gezien uit elkaar worden gehouden: enerzijds de driebandanemoonvis (Amphiprion ocellaris), die het bekendste is, anderzijds de perculaclownvis (Amphiprion percula). De anemoonvisjes zijn van nature gevestigd in de Stille en Indische Oceaan en zijn niet met uitsterven bedreigd.

9 min

De kogelvis

De familie van de kogelvissen (Tetraodontidae = viertandige) bestaat uit 25 onderfamilies met in totaal zo’n 200 soorten. Met een grootte van net twee centimeter is de dwergkogelvis (Carinotetraodon travancoricus) het kleinste lid van de familie. De reuzenkogelvis is – zoals de naam waarschijnlijk al verraadt – beduidend groter: deze kan een doorsnede van wel 1,20 meter hebben. Kogelvissen zijn vertegenwoordigers van de hoogontwikkelde beenvissen. In dit artikel lees je alles over de kogelvis.