Cavia’s buiten houden in de winter

Cavia’s buiten houden is helemaal niet moeilijk. Als de dieren vanaf het voorjaar al aan de buitenlucht gewend zijn, kunnen ze zelfs ’s winters buiten worden gehouden. De enige vereiste is geschikt onderdak.

Cavia’s buiten in de winter, tips en tricks:

• Cavia’s moeten in de winter in minstens groepen van vier gehouden worden, zodat zij elkaar op kunnen warmen.
• Als je cavia’s buiten houdt, controleer dan dagelijks of zij iets missen.
• Zieke of drachtige cavia’s moeten worden beschermd tegen de kou. Haal ze enkel niet te snel naar binnen! Cavia’s moeten namelijk langzaam wennen aan warmere temperaturen. Temperatuurverschillen moeten daarom worden vermeden. Breng ze dus niet regelmatig naar binnen. De verschillen in temperatuur kunnen leiden tot een verkoudheid of zelfs longontsteking.

© Petra Fischer / stock.adobe.com

Een gekocht of zelfgemaakt hok?

Omdat cavia’s niet graven en woelen zoals konijnen dat doen, hoeft de omheining niet ingegraven te worden. Het onderdak van de cavia’s kan zowel in het buitenverblijf als ook daarbuiten neergezet worden, waarbij een buis of tunnel dan als verbindingskanaal dient. Als huisje kan zonder problemen een konijnenhok gebruikt worden. Wie een grotere roedel cavia’s bij elkaar wil houden, moet zelf een hok bouwen, omdat je zo beter rekening kunt houden met de benodigde grootte. Voor ca. 10 cavia’s, die je ook ’s winters buiten wil houden, is een grootte van ca. 120 x 120 x 120 cm aan te bevelen.

© Kanashi / stock.adobe.com

Een kleine bouwhandleiding

• Om het geraamte in elkaar te timmeren heb je mes- en groefplanken nodig.
• De wanden moeten tussen de binnen- en buitenmuur met piepschuim geïsoleerd worden, ook de bodem moet met piepschuim bedekt worden. Hier zet je een plastic bak overheen. Als je geen plastic bak in de juiste grootte hebt, kun je deze ook zelf maken, door een spaanplaat met vijverfolie te bedekken en het geheel over het isolatieschuim te leggen.
• Het dak moet met dakvilt afgedekt worden, dat voor ca. 40 – 50 cm uitsteekt. Bovendien moet het dak idealiter schuin naar achteren hellen, zodat de regen beter weg kan lopen. Om ’s zomers te voorkomen dat de warmte in het hok ophoopt, moet het dakvilt ca. 30 cm boven het eigenlijke dak worden aangebracht. Hierdoor wordt de ergste hitte voorkomen en de gewonnen ruimte kan ook nog eens gebruikt worden om voerbakken in neer te zetten.
• Het is het beste om de opening van het hok niet richting de slecht-weer-kant te zetten, dus dat de cavia’s indien mogelijk richting het oosten naar buiten gaan. Om zomerhitte te verhinderen is een plek met schaduw in het hok absoluut essentieel, omdat de temperaturen anders snel tot wel 40°C kunnen oplopen
• De deur van het hok bestaat uit twee houten kozijnen. Op het ene wordt gaas gespijkerd, daarop wordt het tweede kozijn bevestigd. Zo is het gaas tussen de twee kozijnen beschermd en kunnen de cavia’s zich niet aan uitstekende hoeken verwonden. Voor de wintertijd kan het handig zijn om een houder voor het gaas te maken, waar een schijf plexiglas op bevestigd kan worden.
• De opening in het hok, waardoor cavia’s in het buitenverblijf kunnen komen, kan op koude nachten met een dun stofdoekje afgehangen worden. Zo kunnen de dieren toch nog buiten komen, maar blijft de ijzige kou grotendeels buiten.
• Het hok moet 2 meter hoog zijn, zodat je zo zelf in het verblijf kunt staan en niet bij iedere voeder– of schoonmaakbeurt op uw knieën door het verblijf hoeft te kruipen. Lagere verblijven zijn wel mogelijk, als het onderdak buiten het terrein staat en je het verblijf niet iedere keer in hoeft te gaan.
• Aan de bovenkant moet het verblijf met een net afgedekt worden, zodat katten of roofvogels geen gevaar voor de cavia’s kunnen opleveren.

Vochtproblemen

Als je cavia’s in de winter buiten houdt is het grootste probleem niet de kou, maar vocht, dat zich steeds maar weer in de stal ophoopt. Vooral ’s nachts verzamelt het condenswater zich aan de wanden en loopt dan naar beneden. Omdat je in zulke hokken niet kunt stoken, moet er in plaats daarvan vaak gelucht worden en mag het hok niet aan alle kanten geïsoleerd worden, omdat de hogere luchtvochtigheid verkoudheden en andere ziekten in de hand werkt. De winterkou daarentegen levert de cavia’s nauwelijks problemen op. Beschermd door een dikke laag stro of hooi, waar de cavia’s in weg kunnen kruipen, doorstaan ze de winter prima. Bovendien warmen ze zich knusjes aan elkaar op, doordat de hele roedel dicht tegen elkaar aankruipt.