Kattenvrienden zijn dierenvrienden – ze zijn dan ook zelden de enige dieren in het huishouden. Wanneer twee katten aan elkaar moeten wennen, gedragen ze zich lang niet altijd poeslief, maar als je katten en knaagdieren bij elkaar wilt houden, wordt het alleen maar moeilijker – kan dat wel goed gaan? In dit artikel lees je alles over: katten samen met knaagdieren en konijnen laten samenleven.
Om maar met het belangrijkste te beginnen: Wees niet bang, het houden van katten samen met knaagdieren als cavia’s en hamsters, konijnen of zelfs vogels is niet per definitie onmogelijk. Veel dierenbezitters melden zelfs dat de verschillende dieren zelfs goede vrienden kunnen worden! Het is wel veel waarschijnlijker dat er geen buitengewone vriendschap opbloeit die boven soortgrenzen uitstijgt, maar dat ze elkaar gewoon accepteren. Maar niets houdt je tegen om als kattenvriend ook andere dieren in jouw familie op te nemen! Misschien is jouw situatie wel de omgekeerde: je hebt al cavia’s, konijnen, chinchilla’s of vogeltjes en je wilt één of twee katten een nieuw thuis geven?
Beste vrienden?
Op welbekende videoplatforms kun je eindeloos grappige filmpjes kijken, waarin een papegaai en kat samen met een balletje spelen, of waar het konijn zich vol vertrouwen door de kat laat poetsen. Door deze video’s blijft iedereen hopen dat katten en andere huisdiertjes daadwerkelijk beste vrienden of ten minste speelmaatjes kunnen worden. Maar gaat dat ook echt zo?
Als je van plan bent om katten en andere huisdiertjes een thuis te bieden, is één ding het allerbelangrijkst: wees realistisch. Buitengewone vriendschappen tussen verschillende diersoorten zijn natuurlijk fantastisch en ze bestaan ook wel, maar er is een reden dat ze buitengewoon zijn – zó vaak komt dit ook weer niet voor. Als jouw dieren beste vriendjes worden, heb je de vriendschapsloterij gewonnen! Maar het is verre van vanzelfsprekend dat jouw katten kleinere prooidiertjes als familieleden zien en de andere huisdiertjes niet bang zijn voor het roofdier dat de kat is. Want ook al delen we onze huizen en tuinen al eeuwenlang met katten en zijn ze ook vaste bestanddelen van onze levens, blijven ze precies dat: roofdieren. Omdat ze relatief klein zijn, hebben katten zich gespecialiseerd in kleinere dieren dan bijvoorbeeld de poema, tijger of leeuw. Maar ook al jagen ze van nature op muizen en vogeltjes, betekent dat nog niet dat ze een grote cavia of konijn niet ernstig kunnen verwonden. Natuurlijk kan het ook andersom gebeuren, een beet van een konijn is ook nogal pijnlijk – maar meestal is het roofdier agressief naar het potentiele prooidiertje. Hoe betrouwbaar je kat ook is: dieren worden vooral gestuurd door instinct en je kunt nooit zeker weten, wanneer de wilde instincten van de kat of kater eens de overhand krijgen.
Veiligheid boven alles
Dit zijn de feiten… Toch hoeft dit je er niet van te weerhouden om katten en kleinere diertjes samen in huis te houden. Hoezo niet? Denk eens aan jouw persoonlijke leefomgeving, het territorium van je kat en de leefruimte van je kleinere huisdier. Eén ding wordt al snel duidelijk: een kat zal waarschijnlijk niet met de knaagdiertjes of vogels alleen zijn. De meeste knaagdieren brengen het grootste deel van de dag door in hun kooi. Voor konijnen, cavia’s en andere knaagdieren is het altijd goed om vrij rond te mogen scharrelen, maar dit gebeurt in principe sowieso onder toeziend oog. Het zou dus niet zo moeilijk moeten zijn om de kat tijdelijk uit de ruimte te houden.
De reden is simpel: veiligheid staat boven alles en goede planning is ook extreem nuttig als je katten en knaagdiertjes samen houdt.
Acceptatie
Als je verschillende diersoorten tegelijkertijd houdt, is er één norm die erg belangrijk is: acceptatie. Een kat mag het kleinere dier niet voor prooi aanzien en het helpt als jouw knaagdiertje niet in paniek raakt van de kat. Dit zou de natuurlijke instincten ongewenst aan kunnen voeren. Wees zelf het belangrijkste voorbeeld voor je kat: ga respectvol en voorzichtig met je knaagdiertje om. Gebruik zeker diertjes als muisjes en hamsters niet om het jachtinstinct aan te wakkeren en ze aan te sporen om iets te gaan doen! Het ergste voorbeeld hiervan zijn mensen die de muis aan zijn staart voor de kat op en neer laten zwaaien – maar aangezien je dit artikel leest, kunnen wij je zonder meer tot de verantwoordelijke kattenbezitters rekenen, die hier niet eens over na zouden denken.
Laat de kat gewoon lekker geïnteresseerd meekijken als je de kooi van uw knaagdier schoonmaakt, hem voert of aait. Natuurlijk moet jouw kat zich nooit genoodzaakt voelen om met het diertje te moeten concurreren! Je kunt jouw kat ook vóór de kooi of omheining van jouw konijn, cavia, chinchilla of hamster optillen, haar aaien en knuffelen. Zo kunnen beide dieren op veilige afstand aan elkaar wennen. Schrik niet, als jouw kat iedere beweging van het knaagdier nauwlettend in de gaten houdt. De knaagdierkooi is, net als bijvoorbeeld een aquarium, een ware lust voor het kattenoog en veel katten genieten er gewoon van om iedere beweging te bekijken en in zich op te nemen! Met agressie heeft dit in eerste instantie niets van doen.
De basis voor een goede vriendschap
Als je van plan bent om katten niet alleen samen met knaagdieren of konijnen te houden, maar als je ook wilt dat ze eventueel goede vrienden worden, zul je nog een stuk verder vooruit moeten plannen. Persoonlijkheden en diersoorten die bij elkaar passen zorgen voor een goede basis voor vriendschap tussen de verschillende dieren. Het is altijd een goed idee om de dieren van jongs af aan samen te voeren. Jonge dieren hebben nog erg weinig beleefd – en een rustige kitten die nog nooit in zijn leven op levende dieren gejaagd heeft en ze ook nog nooit heeft opgegeten, zal een konijn wel als vriend kunnen accepteren. Een oudere zwerver, die al zijn hele leven voor zijn eigen eten heeft moeten jagen, heeft in zijn leven al menige muis of vogel gegeten en zal daarom vriendschap met een konijn niet eens overwegen.
Het is belangrijk dat de persoonlijkheid van jouw kat, een potentieel sterker en agressief dier, zo goed mogelijk bij dat van een kleiner, zwakker diertje past. Bij katten met een temperament en een uitgesproken jachtinstinct is de kans groter dat het knaagdiertje voor prooi wordt aangezien – en zelfs als dat niet zo is, zijn er sneller ongewilde ongelukken.
Ook de grootte van de dieren zou zo dicht mogelijk bij elkaar moeten liggen. Een muis is vanwege zijn grootte niet goed geschikt als kattenmaatje, hetzelfde geldt voor een kanarie of parkiet. Een groot hangoorkonijn kan zelfs groter worden dan de gemiddelde huiskat en zal dan ook niet zo snel voor prooidier worden aangezien.
Maar: ook hier is voorzichtigheid geboden. Niemand kan namelijk garanderen dat het jachtinstinct niet tóch de overhand krijgt – en scherpe kattennagels kunnen ook een groot konijn ernstig verwonden!
De socialisatie
Wanneer we het hebben over ‘socialisatie’ van katten met knaagdieren, moet je iets andere verwachtingen hebben dan bij de socialisatie van twee katten. We willen voor wederzijdse acceptatie zorgen, willen de kat duidelijk maken dat het knaagdier geen potentiële prooi is. Veiligheid gaat echter boven alles, het knaagdier zit dus altijd in zijn kooi of binnen handbereik van een mens. Een tuigje voor de kat kan helpen, maar garandeert ook niet dat er niemand gewond raakt.
Aan elkaar wennen ziet er in het ideale geval als volgt uit: net als bij de socialisatie van twee katten zorg je er eerst voor dat de dieren aan elkaars geur kunnen wennen. Je kunt beide dieren met kleinere dekentjes of doeken afwrijven, en deze dan in het territorium van het andere dier leggen. De doek waarmee je jouw knaagdier heet afgewreven, kan bijvoorbeeld op het rustkussen van je kat gelegd worden – en andersom. Zo kunnen de dieren langzaam aan elkaars geur wennen. Voor het knaagdier is de wilde geur van een roofdier waarschijnlijk eerst een shock, dwing jouw diertje dus alstublieft niet om met het object in contact te komen!
Als de dieren zich op hun gemak voelen bij deze geur, kun je de dieren met elkaar in contact brengen, afgescheiden door de kooi. Hoe gedraagt jouw kat zich als deze in de buurt van de kooi komt? Gaat ze direct klaar zitten voor een sprong of probeert ze het dier direct met de poot te bereiken? Of zit ze heel gelaten voor de kooi en bekijkt ze het andere dier kalmpjes?
Iedere aanduiding van agressie of ieder teken van het jachtinstinct van een roofdier is een duidelijk signaal om het directe contact nog wat langer uit te stellen. Natuurlijk hoef je niet op te houden met het integreren van beide dieren in jouw familie! Probeer wel het contact tussen je kat en je knaagdier te vermijden. Laat het diertje in zijn kooi als de kat aanwezig is, en sluit de deur naar de knaagdierkamer als je niet thuis bent.
Maar misschien is alles gewoon goed gegaan, jouw kat kijkt heerlijk rustig naar het diertje en het jachtinstinct is totaal niet te merken. Dan kun je door met het directe contact. Gebruik hier je gezonde mensenverstand en wees extreem voorzichtig, zodat er toch geen incidenten of verwondingen ontstaan! Vergeet niet dat je nu twee dieren in contact brengt die in het wild prooi en jager zijn.
Zoals eerder vermeld is de kat de potentieel agressievere deelnemer. Het kleinere en waarschijnlijk zwakkere diertje moet daarom altijd de mogelijkheid hebben om zich snel terug te trekken. Houdt het niet vast en geef hem de kans om op ieder gewenst moment te vluchten – de eventuele stress van dit contact kan andere nare gevolgen hebben voor zijn gezondheid!
Het zou bijvoorbeeld beter zijn om juist de kat vast te houden, terwijl het knaagdiertje vrij rond kan lopen in de kamer. Eventueel helpt het ook om er een tweede persoon bij te halen als versterking. Als jouw kat aan een tuigje is gewend, kun je dit ook gebruiken bij het eerste contact. Zo kun je altijd ingrijpen, als het jachtinstinct ineens opkomt! Geef de dieren de tijd, houd ook jezelf rustig en grijp in geval van nood snel in. Houdt het geheel nauwgezet in de gaten: hoe gedraagt de kat zich, wat verraadt hun lichaamstaal? Worden hun pupillen wijd en begint ze te loeren of zich voor een sprong klaar te maken, moet je het gebeuren direct afblazen. Misschien komt ze ook rustig aan dichterbij en besnuffelt het knaagdiertje? Houd ook het zwakkere diertje goed in de gaten. Is hij bang, verschuilt hij zich of probeert hij te vluchten? Zorg voor zo min mogelijk extra stress en laat hem zich op zijn gemak terugtrekken. Misschien gaat hij ook wel nieuwsgierig naar de kat toe?
Vriendschap op de lange termijn
Was het eerste contact een succes, vraag je jezelf waarschijnlijk af: hoe gaat het nu verder? Als de kat en het knaagdier elkaar vreedzaam besnuffelen is het een goed begin, maar nog steeds geen garantie. Onder jouw toeziend oog kun je de stap van het eerste contact nog een aantal keer herhalen, totdat de dieren echt aan elkaar gewend zijn.
Laat de twee dieren echter nooit alleen met elkaar – ook niet als het om dieren gaat die vrijwel even groot en zwaar zijn! Dieren laten zich door hun instinct leiden en er kunnen zich te snel incidenten voordoen, die tot ernstige verwondingen kunnen leiden…
Niets afdwingen
Als er toch geen prachtige vriendschap tussen de verschillende soorten opbloeit, is dit geen reden om teleurgesteld te zijn. Het is niet erg waarschijnlijk dat twee ongelijke dieren kameraadjes worden. Zolang jouw kat de caviakooi niet met geweld probeert open te breken, en jouw hamster niet direct een paniekaanval krijgt, zodra de kat de kamer binnenkomt, kun je de missie al als geslaagd beschouwen!
En wat als dat toch niet lukt? Als het organisatorisch niet mogelijk is om beide dieren apart te houden of wanneer het steeds tot conflicten blijft komen, is het tijd om een beslissing te nemen. Wees fair tegenover de dieren en tegenover jezelf en zoek naar mogelijke alternatieven. Dat kan een grotere woning met buitenverblijf voor je knaagdier of konijn en vrije ruimte voor je kat zijn. Meer met je kat bezig zijn is een andere mogelijkheid. In het uiterste geval kun je ook op zoek naar een nieuw thuis voor een van de dieren.
Wij wensen jou en jouw dieren het allerbeste!