De Duitse herder is de meest voorkomende gebruikshond ter wereld, terwijl de leergierige aanhankelijke hond ook geschikt is als veelzijdige hond voor een gezin.
Bijna geen andere rashond kan zo veelzijdig worden ingezet als de Duitse herder. De hond werd oorspronkelijk als beschermingshond gefokt om de schapen te hoeden en te bewaken. Tegenwoordig wordt de herdershond bij de politie en in het leger als diensthond ingezet. Hij wordt ook als reddingshond, therapiehond, lawinehond en blindengeleidehond ingezet. Niet alleen in Duitsland, zijn land van herkomst, maar wereldwijd wordt de Duitse herder als diensthond ingezet.
Zelfverzekerd, robuust en gehoorzaam
Geen mens en geen machine kunnen de moedige betrouwbare hond met uithoudingsvermogen tijdens zijn werk vervangen. Zijn instinctieve gedrag, zijn kracht en zijn vertrouwen zijn legendarisch. Dankzij zijn hoge intelligentie, zijn goede leervermogen en zijn enorme wil om te werken gaat hij uitdagingen meteen aan. Daardoor is hij bijna voor elke taak geschikt. Bovendien is de Duitse herder erg op de mens gericht. Hij is erg trouw, loyaal en betrouwbaar en staat zijn baasje altijd ter zijde. Het is dus vooral de combinatie van robuustheid, drive, betrouwbaarheid en gehoorzaamheid die hem zo geliefd maken en waardoor hij op verschillende gebieden kan worden ingezet.
Duitse herder, een gebruikshond als gezinshond?
Doordat de hond erg trouw en betrouwbaar is, is hij ook een geliefde gezinshond. De viervoeter is – mits hij goed wordt opgevoed en voldoende wordt uitgedaagd – een geweldige partner en metgezel die erg geschikt is voor het gezinsleven. Goed gesocialiseerde herdershonden zijn erg lief voor kinderen en kunnen goed overweg met andere huisdieren. Een vereiste voor het leven als gezinshond is dat de actieve hond lichamelijk en mentaal wordt uitgedaagd. Als er geen rekening wordt gehouden met zijn bewegingsdrang en wil om te werken, wordt de hond ondeugend. Deze eigenschap past eigenlijk niet bij dit ras. Het is dus van belang om de hond voldoende uit te dagen en ervoor te zorgen dat hij voldoende beweging heeft. Anders worden ze nerveus en waakzaam en zijn ze in het dagelijks leven moeilijk onder controle te houden. Lichamelijk en mentaal uitgedaagde herdershonden zijn daarentegen een verrijking voor elk gezin: speelkameraad, sportkameraad en ongelooflijk trouwe beschermers.
Uiterlijk
Met een schofthoogte tussen de 60 en 65 cm bij reutjes en 55 tot 60 bij teefjes behoort de Duitse herder tot de middelgrote tot grote hondenrassen. Zijn goed geproportioneerde lichaam weerspiegelt zijn leven als een werkhond. Hij is sterk en heeft een krachtige spiermassa, maar maakt alsnog een atletische en wendbare indruk. Zwaarlijvigheid wordt afgewezen. Hij heeft een elegante en veerkrachtige gang.
De hond heeft een wigvormige kop die in een harmonische verhouding tot het lichaam staat, een rechte neusbrug en altijd een zwarte neus. Door zijn complete schaargebit met 42 tanden is de hond een indrukwekkende verschijning. Zijn oren die omhoog staan en naar voren zijn gericht zorgen er samen met de schuin liggende ogen voor dat de herdershond er altijd alert uit ziet.
Vacht- en kleurvarianten
De Duitse herder valt onder het nummer 166 in de groep van herdershonden en vee-honden. Lange tijd liet de rassenstandaard van de FCI alleen honden met ruwe vacht toe. Het stokhaar moet recht en stevig zijn en door de dichte onderwol versterkt worden. Daardoor wordt de hond op een betrouwbare manier beschermd tegen sneeuw, regen en kou.
Pas in 2008 werd ook lang stokhaar in de FCI-standaard opgenomen. Het lange zachte dekhaar vormt plukjes bij de oren, poten en staart. De harige nek heeft karakteristieke manen. De kleuren van het stokhaar zijn zwart met bruin, geel of lichtgrijze aftekeningen, zwart of eenkleurig wolfsgrijs of grijs met bruine aftekeningen.
Witte herdershonden
Hoewel bij nestjes ook vaak witte herdershond-pups voorkomen, beschouwd de FCI-standaard de kleur wit sinds 1933 als een valse kleur. In 1968 sloot de „Shepherd Dog Club of America“ zich daarbij aan. Een uitzondering is de „Canadian Kennel Club“, die nog steeds witte herdershonden accepteert. Sinds 2011 ziet de FCI de witte herdershond als een zelfstandig hondenras onder de naam „Berger Blanc Suisse“ (witte Zwitserse herdershond). Witte herdershond-pups mogen niet met Zwitserse honden gekruist worden en kunnen ook niet als zo’n hond geregistreerd worden.
Stamboekfokkerij, schoonheidsfokkerij en prestatiefokkerij
In principe werd de Duitse herdershond in de loop van de fokkerij steeds groter en massiever. Critici zijn van mening dat deze vorm niets meer met het oorspronkelijke type te maken heeft. Dit type was een stuk lichter, minder gespierd en daardoor wel wendbaarder en behendig. Het geschil tussen de fokkers leidde er uiteindelijk toe dat er tegenwoordig een verschil wordt gemaakt tussen twee types: aan de ene kant de stamboekfokkerij of schoonheidsfokkerij met een iets massievere lichaamsbouw en een schuine rug. En aan de andere kant de prestatiefokkerij, waarbij de nadruk wordt gelegd op goede diensthond-eigenschappen.
Geschiedenis van de Duitse herder
De voorouders van de Duitse herder leefden vermoedelijk al in de 7e eeuw in Duitsland. De honden hadden toen al verschillende taken. Hun hoofdtaak bestond uit het hoeden en drijven van de schapen. Tegelijkertijd moesten ze de eigendommen van de herders bewaken. De geschiedenis van de Duitse herder, zoals wij hem vandaag de dag kennen, begint officieel pas aan het eind van de 19e eeuw. In 1871 begon de Pruisische hofmaker Max von Stephanitz, die tegenwoordig als grondlegger van het ras wordt gezien, met het doelgericht fokken van deze veelzijdig inzetbare honden.
Hector von Linksrhein alias Horand von Grafrath
Stephanitz maakte een doorslaand succes met het reutje „Hektor von Linksrhein“, die hij na aankoop een nieuwe naam gaf; „Horand von Grafrath“. Horand was de eerste hond die werd geregistreerd in het stamboek van de nieuw opgerichte “Association for German Shepherd Dogs” (SV). Stephanitz richtte zich met zijn hele fokkerij op hem en zijn broer “Luchs von Sparwasser”. Horand von Grafrath en Luchs von Sparwasser en het teefje „Mari von Grafrath“ worden vandaag de dag beschouwd als stamouders van de Duitse Herdershond. De meeste Duitse herderhonden stammen van hen af.
Symbool van “Duitse deugden”
Het doel van de fokker van Stephanitz was duidelijk omschreven. Het ging hem om een veelzijdige gebruikshond. De fokker had duidelijke ideeën over de aard en werkeigenschappen van de hond. De deugden moed, trouw en gehoorzaamheid, uithoudingsvermogen en robuustheid maken de herdershond wereldberoemd. Het ras is in veel landen een geliefde diensthond van de politie en het leger. Tijdens de Eerste en Tweede Wereldoorlog werden deze eigenschappen “Duitse deugden” genoemd. De Duitse herdershond werd het symbool van nationaalsocialistisch sentiment. In het kader van anti-Duitse sentiment veranderde de Britse Kennel Club de rassennaam daarom tot „Alsatian Wolf Dog“ (Elzasser wolfshond) en later tot „Alsatian Dog“ om het woord „Duits“ in de naam te voorkomen. Pas in 1977 werd de naamsverandering weer teruggedraaid.
Toch was de Duitse herdershond niet alleen in Duitsland, maar ook bij de geallieerden een gevraagde oorlogshond. Droevige beroemdheid kreeg de hond echter vooral door zijn inzet in de concentratiekampen en als een trouwe metgezel van Adolf Hitler. Talrijke foto’s van de NS-propaganda beelden Hitler met zijn herdershond teefje „Blondi“ af. Ondanks deze instrumentalisering en een sterke decimering door de Tweede Wereldoorlog kon het ras na de oorlog voortleven en werd het binnen no time weer een van de meest gevraagde hondenrassen ter wereld. Sinds honden ook als gezinshond worden gebruikt, is ook de Duitse herder als gezinshond populair.
Fokkerij en gezondheid
Met de toenemende verspreiding van het ras nam helaas ook het aantal rastypische ziekten toe. Tegenwoordig wordt bij veel rassen “heupdysplasie” (HD) aangetroffen. Dit werd voor het eerst gediagnosticeerd bij een Duitse herder. Een ander type gewrichtsaandoening waarmee het ras te kampen heeft, is “elleboogdysplasie” (ED) en degeneratieve “lumbosacrale stenose” (DLSS) of “cauda equina syndroom”, wat leidt tot verlammingsverschijnselen. Bovendien zijn er meer oogziekten en allergieën bij Duitse herders.
Gezonde puppy’s zijn niet te vinden voor een spotprijs
Genetische tests van de fokdieren moeten dergelijke ziekten verminderen. Ondertussen is er een zogenaamde fokwaarde die aangeeft in hoeverre de pup aanleg voor een ziekte heeft. Honden die genetisch gezien een grote aanleg hebben, worden van de fokkerij uitgesloten. Als je interesse heeft in een herdershond, moet je er zeker van zijn dat alle aanbevolen tests door de fokker zijn uitgevoerd en “geslaagd” zijn. Als je er zeker van wilt zijn dat je jouw pup bij een serieuze fokker koopt, moet je hem bij een fokker kopen die veel tijd en geld in de gezondheid van zijn honden investeert en die bereid is om je informatie te geven. Het is vanzelfsprekend dat een compleet gezonde en gecontroleerde pup niet voor een spotprijs te koop is. In vergelijking met andere rassen is een puppyprijs van ongeveer 800 euro voor een echte rashond nog steeds aan de lage kant.
Welke fokker past bij mij?
Voordat je voor een fokker kiest, moet je weten voor welk doel je een herdershond wilt aanschaffen. De meeste fokkers zijn tegenwoordig in verschillende types gespecialiseerd en bevorderen bepaalde eigenschappen bij hun fokdieren. De arbeidsdrang en het beschermingsinstinct hangen af van de fokkerij. Ga van tevoren na of de fokker een schoonheidsfokker of een prestatiefokker is en kies een fokker die het beste bij jouw wensen past. Ook als je de hond als gezinshond wilt houden moet je in jouw achterhoofd houden dat ook herdershonden van de schoonheidsfokkerij nog steeds erg leergierig zijn en graag worden beziggehouden. Aan kleine wandelingen en een blokje om hebben ze niet genoeg.
Voeding
Het activiteitenniveau bepaald ook welke voeding voor uw hond het meeste geschikt is. Het is duidelijk dat honden die dagelijks meerdere uren per dag worden ingezet en bewegen een andere energiebehoefte hebben dan gezinshonden die over het algemeen telkens weer lange rustpauzes hebben. In principe mogen alle honden – ongeacht welke taken ze nastreven – voor een gezonde ontwikkeling geen eiwitten, mineralen en vitaminen te kort komen. De belangrijkste eiwitbron van de hond is vlees. Ongeveer 70% van het voer zou uit vlees moeten bestaan. Je kunt het jouw hond voeren in de vorm van kant en klaar voer, zelf gekookt of rauw (“BARF”) voeren. Een groente- en fruitaandeel van ongeveer 20-30% is aan te raden om jouw hond te voorzien van andere belangrijke vitaminen en minderalen. Te veel graan of zelfs suiker horen niet op een gezond menu van een hond thuis.
Te snelle groei voorkomen
Omdat herdershonden net als veel grote hondenrassen aanleg hebben voor gewrichtsproblemen, is het belangrijk een te snelle groei tijdens de eerste maanden te voorkomen. Zoals studies aantonen, is een ziekte van heupdysplasie niet alleen gerelateerd aan genetische aanleg, maar ook aan het soort voer. Te energierijk voer en te veel vet versnellen de toch al snelle groei van puppy’s en kunnen zelfs op late leeftijd gewrichtsproblemen veroorzaken. Zorg er dus voor dat uw fokker je voerrichtlijnen mee geeft en let op het juiste puppyvoer. De fokker zal je ook adviseren jouw puppy niet te veel beweging te geven. Traplopen moet je in het begin absoluut vermijden. Natuurlijke rustpauzes ondersteunen de gezonde ontwikkeling van de botten en gewrichten.
Verzorging
Bij een gezond hondenleven hoort naast de juiste voeding ook de juiste verzorging. De stugge vacht van de herdershond is makkelijk te verzorgen. Regelmatig kammen of borstelen is nodig voor een gezonde vachtstructuur. Ook essentieel is het regelmatig ontwormen en vaccineren bij de dierenarts. Ook moet je de oren, ogen en nagels van jouw hond in de gaten houden. Ook zij moeten af en toe schoongemaakt of respectievelijk geknipt worden. Bij verandering moeten ze door een dierenarts worden gecontroleerd.
Het houden van een Duitse herder
Als je besloten heeft een Duitse herder in jouw familie op te nemen, moet je van tevoren niet alleen nadenken over de verzorging en het voer, maar ook over het houden. Duitse herders zijn in eerste instantie gebruikshonden en willen ook op die manier binnen het gezin worden ingezet. Voor het harmonisch samenleven is het belangrijk dat jouw hond zowel lichamelijk als mentaal voldoende wordt uitgedaagd. Als eigenaar van een Duitse herder moet je niet alleen tijd en zin hebben om lange wandelingen te maken, maar ook streven naar voldoende bezigheid voor deze hond die niet graag stil zit. Denk aan hondensport of een opleiding.
Sportieve gezinshond
Herdershonden vinden bijna elke hondensport leuk – zowel behendigheid als Dog Dance en Obedience. De hond heeft een uitstekende neus en is dus ook geschikt om sporen te zoeken. Aan te raden is – ook voor gezinshonden – een opleiding tot reddingshond en beschermingshond. Voor welke sportieve en mentale bezigheid je ook kiest, de positieve gevolgen voor jouw hond en de onderlinge relatie zult je snel merken. Honden die lichamelijk en mentaal voldoende getraind worden, kunnen niet alleen beter genieten van rustmomenten, maar zijn ook voor gevoeliger voor opvoedingsacties. Wie genoeg tijd heeft voor een opleiding of fitness zal worden beloond met een erg lieve, sportieve en trouwe gezinshond.
Soeverein en gelaten – zo komt een evenwichtige Cane Corso Italiano over. Officieus is het uit Zuid-Italië afkomstige ras ook bekend onder de naam "Italiaanse Mastiff" of “Italiaanse Molosser”. Buiten Italië wordt het ras steeds bekender. Het ras is vooral geschikt voor sportieve baasjes met veel plaats en hondenervaring.
Een Pinscher in kleinformaat? Vergis je niet! De Dwergpinscher is een ‘echt mannetje’. Wie op zoek is naar een leuk en gezellig schoothondje is bij de Dwergpinscher aan het verkeerde adres. Ondanks zijn grootte heeft de levendige familiehond een enorme drang naar sport en beweging en houdt zijn baasjes flink in beweging.
De pluizige vacht en de grootte maken van de Shiba Inu in eerste instantie een aantrekkelijke metgezel voor veel hondenliefhebbers. Maar het samenleven met de Japanse hond vereist kennis over hondenopvoeding. Je moet het ook leuk vinden om samen met je hond te bewegen.