Belgische herder (Mechelse herder)

Belgische herder

Belgische herder

De elegante en veeleisende Belgische herder komt voor in vier verschillende varianten die qua uiterlijk erg verschillend zijn. Ze hebben ook dingen met elkaar gemeen zoals hun enorme bewegings- en bezigheidsdrang. Dit vereist veel tijd en ervaring van de eigenaar.

Eigenschappen

De voormalige herdershond moest niet alleen zijn kudde beschermen, maar was ook verantwoordelijk voor de boer en zijn bezittingen. Ook vandaag de dag bezit de Belgische herder nog alle eigenschappen van een uitstekende waakhond. Hij is waakzaam, levendig, bliksemsnel en te allen tijde bereid om zijn „roedel“ te beschermen. Door zijn uitgesproken waakinstinct overneemt hij instinctief de verantwoordelijkheid over alles wat bij zijn thuis hoort. Bezitters van Belgische herders hoeven niet bang te zijn voor inbrekers.

Toch is deze moedige viervoeter geen hond voor bange of onzekere mensen. De Belgische herder heeft een gelijkwaardige partner aan zijn zij nodig die zijn temperamentvolle karakter met veel soevereiniteit, inlevingsvermogen en consequentie in goede banen weet te leiden. Om vervelende verrassingen te voorkomen moet zijn beschermingsdrang van begin af aan gecontroleerd worden. Een professionele opvoeding en een goede socialisatie zijn onmisbaar voor een harmonisch samenleven met de intelligente waakhond.

Belgische energiebundel

Net zo belangrijk als een consequente en liefdevolle opvoeding is de bereidheid sportief en mentaal met de hond bezig te zijn. Er moet absoluut rekening worden gehouden met de enorme bewegings- en bezigheidsdrang van de Belgische energiebundel. Als hier geen rekening mee wordt gehouden ontwikkelt de rashond onaangenaam gedrag en heeft hij de neiging tot overdreven agressiviteit. Ter compensatie kun je naast een opleiding als werkhond bij de politie, douane of reddingsdienst aan hondensport doen. De speelse viervoeter is voor bijna alle sportsoorten te enthousiasmeren. Vanwege zijn hoge springvermogen, zijn hoge snelheid en zijn buitengewone klimkunsten levert hij vooral bij behendigheid opmerkelijke prestaties.

De Belgische herder valt echter niet alleen op door zijn sportieve prestaties en zijn waakzaamheid. Net zo opmerkelijk als zijn onuitputbare energie is zijn uitgesproken bereidheid om te leren. Dankzij zijn hoge intelligentie en de bereidheid iets nieuws te leren is hij een leergierige leerling die te allen tijde bij zijn leraar in de smaak wil vallen. De hond is leergierig en op mensen gericht. Tijdens de opvoeding is dit erg handig. Overdreven strengheid is bij zijn gevoelige karakter niet alleen ongepast maar ook onnodig. Met liefde, geduld en veel tijd voor gezamenlijke (sportieve) activiteiten maak je van de waakzame herdershond een loyale en betrouwbare gezinshond die zijn baasje altijd trouw ter zijde staat.

Uiterlijk

Qua karakter lijken bijna alle Belgische herders op elkaar. Maar qua uiterlijk zijn ze echter erg verschillend waardoor je bijna niet zou geloven dat de verschillende types van hetzelfde ras zijn. De huidige rassenstandaard van de FCI, waar de Belgische herder onder nummer 15 van groep 1 (herdershonden en veedrijvers), sectie 1 (herdershonden) staat, definieert het ras in vier verschillende variëteiten. Deze variaties verschillen van elkaar door de lengte, groeirichting en kleur van de vacht.

Mechelse herder

De Mechelse herder is het bekendste type van dit ras en lijkt qua uiterlijk het meeste op een Duitse herder. Zijn korte vacht is – afgezien van het zwarte masker – vaalrood met zwarte gloed. De haarpunten zijn zwart en zorgen voor een donkere schaduw tegen de lichte ondergrond.

Laekense herder

De oorspronkelijkste maar tegenwoordig zeldzaamste vertegenwoordiger van dit ras is de Laekense herder. De vacht is net als bij de Mechelse herder vaalrood en kort. De vacht is echter ruw. De vacht voelt hard en droog aan en ziet er ongetemd uit. Zijn warrige uiterlijk wordt door de standaard gewenst.

Tervuerense herder

De vachtkleur van de Tervuerense herder doet denken aan die van de Mechelse herder: vaalrood met zwarte gloed en een zwart masker. Zijn haar is echter langer en hij hoort net als de groenendaeler tot de langharige types van dit ras.

De groenendaeler

De langharige groenendaeler is de enige van de vier types wiens vacht zwart is. Net als bij alle andere types worden ook bij dit type een kleine witte borstvlek en witte aftekeningen aan de tenen getolereerd.

De vier types hebben een ding met elkaar gemeen: hun trotse verschijning. Vooral de langharige Tervuerense herder en de groenendaeler maken een bijna majestueuze indruk. Dit ligt aan de ene kant aan de lichte lichaamsbouw, die er ondanks de grootte nooit massief uitziet, en aan de andere kant aan de kop die ze hoog dragen. In tegenstelling tot hun verwanten, de Duitse herder, zijn de vertegenwoordigers van het Belgische ras sierlijker en korter gebouwd. Terwijl de Duitse variant eerder een rechthoekige lichaamsbouw heeft, is de Belgische herder vanaf de zijkant gezien bijna vierkant. Ook hun gang is minder ruimte in beslag nemend dan bij de Duitse collega. Toch overtreffen ze hem soms qua snelheid, wendbaarheid en springvermogen.

Belgische herder © Peter / stock.adobe.com

Geschiedenis

De voorouders van de Belgische herder vielen al op door hun snelheid en wendbaarheid. De honden werden in eerste instantie als werkhond van herders en boeren gehouden. Tot aan het eind van de 19e eeuw waren er in België een groot aantal herdershonden en veedrijvers die ondanks hun verschillende uiterlijk “wild” onderling gekruist werden – bij de fokkerij stond immers hun geschiktheid om te werken centraal. Pas in 1891 werd er in Brussel een Belgische herdershondenclub opgericht die aan deze “wanorde” een einde maakte. De eerste standaard verdeelde de Belgische herdershond in drie types op basis van hun vacht: ruw, kort- en langharig.

In de geschiedenis van de Belgische herdershonden was er soms tussen fokkers onenigheid over de toegestane kleuren en variaties. Het duurde even voor de vier huidige types, die naar Belgische plaatsen vernoemd zijn, vast stonden. In de laatste eeuwen werden de types telkens weer veranderd. Hoe omstreden het uiterlijk van de vacht ook was, met betrekking tot karakter, morfologie en bruikbaarheid waren de fokkers van de Belgische herder het met elkaar eens. Qua karakter en lichaamsbouw is het ras niet veranderd.

Afscheiding van de Hollandse herder

De lichaamsbouw en het uiterlijk delen de Belgische herdershonden met de uit Nederland afkomstige Hollandse herder. Bij de Nederlandse collega, die ook als gestroomd type wordt toegelaten, wordt er geen onderscheid gemaakt tussen types. Als je naar het totaalplaatje kijkt zijn de herdershonden van de Benelux-landen identiek. Ze stammen allebei uit ongeveer dezelfde regio en werden pas na de scheiding van België als ander ras erkend.

Fokkerij en gezondheid

Sinds er een rassenstandaard is mogen de verschillende types niet meer onderling gekruist worden. De fokkers concentreerden zich dus maar op een type: Mechelse herder, Laekense herder, Tervuerense herder of de groenendaeler. De eerstgenoemde is de meest voorkomende, maar toch behoort de Belgische herder in tegenstelling tot zijn Duitse soortgenoot tot een zeldzaam hondenras. Een geschikte fokker in de buurt vinden is daardoor niet makkelijk.

Dit aspect heeft ook een positieve kant want doordat hij relatief zelden voorkomt is de Belgische herder een erg gezond hondenras. Er zijn dus weinig ras-specifieke ziektes waar je bang voor moet zijn. Hoewel de vatbaarheid voor epilepsie of elleboogdysplasie van tijd tot tijd genoemd wordt, komt het gevreesde heupdysplasie (HD) –  wat bij bijna alle hondenrassen van deze grootte voorkomt – maar zelden voor. Desalniettemin kunnen natuurlijk ook bij Belgische herdershonden ziektes voorkomen en moet je je hond altijd goed in de gaten houden zodat je veranderingen qua gedrag en uiterlijk op tijd herkent. Het kan een teken van een ziekte zijn waar wellicht een dierenartsbehandeling voor nodig is.

Verzorging

Maak je geen zorgen. Om infecties en ziektes op tijd vast te stellen hoef je je hond niet dagelijks urenlang te onderzoeken. Met een passende verzorging van je hond zorg je al genoeg voor zijn gezondheid. Het regelmatig borstelen van de vacht, knippen van de nagels en schoonmaken van de tanden en oren kan mogelijke ontstekingen niet alleen voorkomen, maar er ook voor zorgen dat je met de hond bezig bent en hem dus ook goed bekijkt. Veranderingen van zijn vacht, kale of ontstoken plekken of grote gewichtsveranderingen zullen tijdens de zorg automatisch opvallen.

Hoe tijdrovend is de verzorging van een Belgische herdershond?

In het algemeen is de tijd die de verzorging in beslag neemt bij dit ras te overzien. De vachtverzorging kan afhankelijk van de verschillende types sterk variëren. Mechelse herders en Laekense herdes moeten ongeveer een keer per week geborsteld worden. Groenendaelers en Tervuerense herders moeten daarentegen vaker geborsteld worden vanwege hun dichte vacht. Vooral twee keer per jaar als de herdershond in de rui is en veel haren verliest moet de vachtverzorging geïntensiveerd worden. Over het algemeen gaat het haar bij de langharige types niet snel klitten. Het is in tegenstelling tot het haar van andere langharige honden best makkelijk te verzorgen.

Stil zitten alsjeblieft!

Net als bij andere honden is een regelmatige controle en verzorging van de oren, ogen, tanden en tandvlees ook bij dit hondenras gebruikelijk. Ook het nagels knippen is een belangrijk onderdeel van de lichamelijke verzorging. Belangrijk is dat je je temperamentvolle hond op tijd laat wennen aan de verzorging. Met regelmaat, consequentie en liefdevol geduld kun je de hond – die niet graag stil zit – toch rustig krijgen zodat hij zich ook laat onderzoeken.

Voeding

Voor een goede gezondheid is een goede en evenwichtige voeding net zo belangrijk als een passende verzorging. Maar welk hondenvoer is voor de Belgische herder het beste? Deze vraag is helaas niet in het algemeen voor alle varianten van dit ras te beantwoorden. Ze hebben weliswaar dezelfde lichaamsbouw, maar hun energiebehoefte kan erg verschillen afhankelijk van de leeftijd, het gewicht en activiteiten. Bij de keuze van het juiste voer moet je dus ook op de individuele omstandigheden van je hond letten. Een jonge hond heeft ander voer nodig dan een senioren hond en een actieve werkhond ander voer dan een gezinshond.

Belgische herder © KDImages / stock.adobe.com

Wat heeft de volwassen hond nodig?

Onafhankelijk van de individuele criteria, waar je absoluut rekening mee moet houden, geldt de vuistregel dat het voer van een volwassen hond voor 70 tot 80 procent uit vlees moet bestaan. Vlees is voor de hond de belangrijkste eiwitbron voor een gezonde ontwikkeling. Om allergieën te voorkomen kun je ook eens exotisch vlees zoals struisvogel, kangoeroe of waterbuffel voeren. Andere belangrijke bestandsdelen zijn groente en fruit, die de viervoeter voorzien van belangrijke vitamines en voedingsstoffen. Te zoet fruit en te veel koolhydraten moeten echter – net als te veel graan – vermeden worden. Suiker en andere zoetstoffen hebben in hondenvoer niks te zoeken. Ook gekruid voer en andere etensresten zijn ongeschikt voor je viervoeter. Als je je herdershond een plezier wilt doen geef je hem speciale hondensnacks of nog beter: ga met hem naar buiten de natuur in zodat hij zich lekker kan uitleven.

Houding en opvoeding

Veel beweging heeft niet alleen een positief effect op het gewicht van je hond, maar ook op zijn fysieke en mentale voldoening. Belgische herdershonden stellen daar hoge eisen aan en hebben voor hun mentale welzijn veel meer beweging en bezigheden nodig dan andere honden. Dagelijkse blokjes om zijn bij lange na niet voldoende voor deze energiebundels. Herdershonden die worden gebruikt als hulphonden bij de politie en douane worden automatisch mentaal en fysiek voldoende uitgedaagd. Vertegenwoordigers van het ras die als gezinshond gehouden worden hebben daarentegen voldoende bezigheden nodig.

Wat is een leven zonder sport?

Hondensport zou een verplicht onderdeel van het leven van een Belgische herder moeten zijn. Hij is bij bijna elke hondensport te vinden en boekt bij wedstrijden steeds weer grote successen. De hond vindt het leuk om te werken, is intelligent en heeft een uitstekende lichaamsbouw. Deze eigenschappen zorgen er in combinatie met zijn snelheid, wendbaarheid en kracht voor dat er op het gebied van hondensport bijna geen enkele hond is die hem kan bijbenen. Het is vooral indrukwekkend hoe hoog de hond kan springen. Zo kan een Belgische herdershond zonder problemen over een muur van 2,50 meter heen springen.

Voor wie is een Belgische herder geschikt?

Het is vanzelfsprekend dat zulke sportieve en temperamentvolle honden het beste terecht kunnen komen bij actieve hondenbezitters met ervaring. Als bezitter van een Belgische herder heb je vooral veel tijd en zin nodig om actief met je hond bezig te zijn. Mentaal en geestelijk uitgedaagde honden zijn niet alleen gezonder en gelukkiger, maar ook gehoorzamer en makkelijker op te voeden. Vooral bij dit ras, dat een zekere basisscherpte heeft, kan onvoldoende training leiden tot gevaarlijk gedrag.

De juiste balans tussen consequentie en gelatenheid

Naast veel beweging en bezigheden hebben herdershonden ook een consequente opvoeding en vroegtijdige socialisering nodig om zich als gezinshond te kunnen aanpassen. Je moet niet vergeten dat deze honden een zeer gevoelig karakter hebben en dat ze naast consistentie ook liefde, rust en gelatenheid nodig hebben. Overdreven strengheid ervaren de honden als storend en dit leidt niet tot het gewenste opvoedingseffect. Ze genieten net zo van knuffelmomenten als van gezamenlijke activiteiten. Honden die mentaal en fysiek voldoende worden uitgedaagd zijn thuis rustig en evenwichtig. Het zijn trouwe metgezellen die hun baasje jarenlang blij maken.

Onze meest behulpzame artikelen
10 min

Cane Corso

Soeverein en gelaten – zo komt een evenwichtige Cane Corso Italiano over. Officieus is het uit Zuid-Italië afkomstige ras ook bekend onder de naam "Italiaanse Mastiff" of “Italiaanse Molosser”. Buiten Italië wordt het ras steeds bekender. Het ras is vooral geschikt voor sportieve baasjes met veel plaats en hondenervaring.

10 min

Dwergpinscher

Een Pinscher in kleinformaat? Vergis je niet! De Dwergpinscher is een ‘echt mannetje’. Wie op zoek is naar een leuk en gezellig schoothondje is bij de Dwergpinscher aan het verkeerde adres. Ondanks zijn grootte heeft de levendige familiehond een enorme drang naar sport en beweging en houdt zijn baasjes flink in beweging.

10 min

Shiba Inu

De pluizige vacht en de grootte maken van de Shiba Inu in eerste instantie een aantrekkelijke metgezel voor veel hondenliefhebbers. Maar het samenleven met de Japanse hond vereist kennis over hondenopvoeding. Je moet het ook leuk vinden om samen met je hond te bewegen.