{"url":"https://www.zooplus.nl/magazine/hond/hondengezondheid/tandsteen-bij-honden","title":"Tandsteen bij honden","mag_id":96880,"is_single":true,"cat_name":"Hond","sub_cat_id":743,"sub_cat_name":"Hondengezondheid","cat_id":202}
Een gezond en verzorgd gebit is ook voor honden erg belangrijk voor hun welzijn en gezondheid. Daarom is van belang dat hondenbezitters aandacht besteden aan een goede mondhygiëne van hun huisdieren. Schijnbaar ongevaarlijke tandplak kan de weg vrijmaken voor tandsteen en ernstige tandziekten. Zo kan er ook tandsteen bij honden ontstaan. Vooral honden van kleine rassen hebben vaker last van een sterke vorming van tandsteen.
Tandsteen ontstaat door een wisselwerking van verschillende stoffen in de mondholte. Bacteriën vormen samen met voedselresten, speeksel en afgeschilferde cellen van het mondslijmvlies een laag. Deze laag hecht zich aan het oppervlak van de tanden en wordt tandplak genoemd.
Tandplak kleeft aan de tanden, vooral op moeilijk bereikbare plaatsen van het gebit en tussen de tanden. Met name hondenrassen met een korte snuit hebben hier last van. Dat komt omdat bij een korte snuit de tanden in een verkeerde positie komen te staan. Bij deze honden staan de tanden te dicht op elkaar of schuin, waardoor tandplak nog beter kan hechten. Als de plaque niet wordt verwijderd zetten minerale zouten zoals calciumfosfaat in het speeksel van de hond zich op de tanden af, en verharden ze tot tandsteen.
Het ruwe oppervlak van de tandsteen zorgt er weer voor dat nieuwe bacteriën en tandplak zich nóg makkelijker hechten. De bacteriën verplaatsen zich naar en zelfs onder het tandvlees. In de rand van het tandvlees veroorzaken ze een ontsteking, ook wel gingivitis genoemd. Deze ontsteking zorgt ervoor dat het tandvlees losser rond het gebit van de hond komt te zitten. Als je niets doet om de ontsteking te verhelpen wordt deze alleen maar erger en kan gingivitis overgaan in paradontitis. In dit stadium wordt het kaakbot afgebroken, wat uiteindelijk zelfs kan leiden tot het verlies van tanden.
Tandsteen bij je hond herkennen
Tandsteen heeft een grijze of bruine kleur en is hard van structuur. Het zit met name aan de rand van het tandvlees en soms zelfs eronder. Hoewel het vooral bij de hoektanden en snijtanden voorkomt, is het bij veel honden op alle tanden te vinden. Tandsteen wordt vaak niet alleen aan de buitenkant van de tanden gevonden, maar ook aan de binnenkant. Meestal gaat tandsteen gepaard met een slechte adem.
Diagnose van tandsteen
Of en hoeveel je hond last heeft van tandsteen kan het beste worden bepaald in een grondig onderzoek door een dierenarts. Aangezien tandsteen zich meestal niet alleen op de buitenste oppervlakken van de tanden bevindt maar ook op ontoegankelijke plaatsen, is de volledige omvang van het probleem vaak moeilijk te zien. De dierenarts controleert daarnaast of het tandvlees en het paradontium aangetast zijn door ontstekingen of andere ziekten. Daar het gebit slechts oppervlakkig kan worden beoordeeld met een simpel onderzoek, kan een röntgenonderzoek van het gebit noodzakelijk zijn.
Tandsteen bij honden verwijderen
Als je hond reeds last heeft van kalkafzetting op het gebit is het belangrijk om deze door een dierenarts te laten verwijderen. Dit voorkomt dat er verdere problemen en ziekten kunnen ontstaan. De tandsteen wordt onder narcose bij je huisdier verwijderd door middel van een ultrasone gebitsreiniging. Alleen dan kan de conditie van het gebit en het tandvlees goed worden beoordeeld. In de meeste gevallen heeft tandsteen zich al in de tandvleesholten genesteld. Deze moeten ook grondig worden gereinigd en de diepte ervan moet worden beoordeeld. Verdere behandeling of zelfs het trekken van de aangetaste tand kan noodzakelijk zijn. Na het reinigen van de tanden worden ze gepolijst. Aan het gladde tandoppervlak dat daardoor ontstaat kan tandplak zich minder goed hechten.
Het is niet raadzaam om tandsteen uitsluitend met een tandenborstel te verwijderen zonder narcose, omdat dit verdere problemen aan het gebit verbergt. Dit type reiniging heeft alleen een cosmetisch effect. Problemen die meer diepgeworteld zijn blijven onopgemerkt en dus onbehandeld.
Voorkomen van tandsteen
Om tandsteen en andere tandproblemen bij honden te voorkomen, moet er voldoende aandacht aan de tandverzorging worden besteed. De beste manier is om de tanden te poetsen. Regelmatig poetsen met een tandenborstel en speciale tandpasta voor honden is de meest effectieve manier om de tandplak, die zich dagelijks ontwikkelt, te verwijderen. Plaqueverwijdering voorkomt de vorming van tandsteen. Om het tandenpoetsen bij je hond te laten werken, helpt het om het dier als pup al behoedzaam te laten wennen aan de tandenborstel. Er zijn veel geschikte tandverzorgingsproducten voor honden op de markt. Denk aan borstels met kleine en grote koppen, vingertandenborstels en zelfs ultrasone tandenborstels. Verschillende kauwproducten voor honden helpen ook bij de tandverzorging door tandplak te verwijderen. Ook diverse merken verkopen dieetvoer met stoffen die het calcium in de mondholte binden en zo tandsteen helpen voorkomen. Deze eenvoudige maatregelen helpen om tandproblemen bij honden goed en effectief te voorkomen.
De loopsheid bij teefjes is een heel normaal, natuurlijk verschijnsel. Toch maken veel hondenbezitters zich zorgen over het vreemde gedrag van het teefje. Ze ergeren ze zich aan vlekken op het nieuwe tapijt en zijn bang voor een ongewenst nestje. Hier lees je wat je over de loopsheid van jouw hond moet weten en hoe je de periode waarin de hond loops is zonder stress kunt doorstaan. Lees hier meer over de loopsheid van het teefje.
Heeft jouw hond last van terugkerende problemen met maag en darmen? De oorzaak zou Giardia kunnen zijn, die de dunne darm van jouw viervoeter koloniseert. Lees in het volgende artikel alles wat je moet weten over deze eencellige parasieten.
Atopische dermatitis bij de hond wordt ook wel contactdermatitis en omgevingsallergie genoemd. Het gaat om een chronische ontsteking van de huid (dermatitis), die door contact met bepaalde allergenen (allergie-veroorzakende eiwitten) ontstaat. De allergische ziekte treedt meestal al op vroege leeftijd op, tussen ongeveer 8 maanden en 3 jaar.