{"url":"https://www.zooplus.nl/magazine/hond/hondengezondheid/heupdysplasie-bij-honden","title":"Heupdysplasie bij honden","mag_id":227785,"is_single":true,"cat_name":"Hond","sub_cat_id":743,"sub_cat_name":"Hondengezondheid","cat_id":202}
De dierenarts controleert de beweeglijkheid van de heupgewrichten.
Heupdysplasie (HD) bij honden is een aandoening van de gewrichtsontwikkeling. De aandoening is genetisch bepaald. Maar ook invloeden van buitenaf zoals omgevingsfactoren, houding en voeding hebben een negatief effect op de ontwikkeling van de gewrichten. De belangrijkste informatie over heupdysplasie bij honden vind je in dit artikel.
Omdat heupdysplasie bij honden een aangeboren ziekte is, kunnen honden met deze ziekte al vanaf de puppyleeftijd verschillend sterke symptomen hebben. Het leven van de hond is soms zo ernstig beperkt dat hij nauwelijks kan lopen. In ieder geval gaat heupdysplasie bij honden gepaard met aanzienlijke en meestal levenslange pijn.
Symptomen: hoe uit de ziekte zich?
De symptomen van heupdysplasie bij honden variëren afhankelijk van leeftijd, ernst van de ziekte en beperking van de heupgewrichtsfunctie.
Bij jonge honden van ongeveer vier tot acht maanden kun je een wijdbeense waggelende gang en een geringe drang om te bewegen waarnemen. In het verdere verloop vertonen de honden kreupelheid, hebben ze problemen met opstaan en worden ze onbeweeglijker in de achterpoten.
De spiermassa in de achterpoten neemt af, omdat honden die aan heupdysplasie lijden de achterpoten beschermen als gevolg van de pijn. De spieren rond het heupgewricht doen ook pijn als gevolg van samentrekkingen.
Diagnose: hoe kan heupdysplasie bij honden worden gedetecteerd?
Heupdysplasie bij honden wordt door de dierenarts met een röntgenonderzoek vastgesteld. Om een röntgenfoto van de heupgewrichten optimaal te kunnen beoordelen, moet het HD-beeld altijd in sedatie in gestandaardiseerde positie van de hond worden gemaakt. Het is nodig de hond te verdoven, zodat zijn spieren ontspannen zijn en hij geen pijn voelt wanneer hij voor de röntgenfoto’s wordt gepositioneerd.
Aan de hand van deze beelden beoordeelt de dierenarts vervolgens de ernst van de heupdysplasie en de veranderingen in het heupgewricht. Een essentieel evaluatiecriterium is de ‘Norberg-hoek’, die wordt bepaald met twee lijnen tussen de centra van beide heupkoppen en de voorrand van de heupkom. Bij een hond zonder heupdysplasie moet deze hoek meer dan 105 graden zijn.
De volgende veranderingen zijn ook tekenen van heupdysplasie: de heupgewrichtskom, de heupkop of beide zijn afgeplat. Hierdoor past de heupkop vaak niet optimaal in de heupkom. Daarnaast zie je vaak een misvorming van de femurhals (hals van het dijbeen) of de heupkop. Verder zijn er vaak al tekenen van artrose te zien, zoals ontstekingen aan de voorste en achterste heupkom en aan de overgang van de femurhals naar de heupkop.
Preventie bij het fokken
Voor de selectie van fokdieren zijn bepaalde criteria vereist om röntgenfoto’s te maken en te beoordelen. Bij sommige rassen, in sommige landen of voor een beoordeling door experts is nog een aanvullende röntgenfoto met gespreide poten en verhoogde enkelgewrichten (de zogenaamde ‘kikkeropname’) nodig. Hierdoor worden veranderingen aan de heupkom en botten beter zichtbaar. Fokdieren worden volgens de specificaties van de F.C.I. (Fédération Cynologique Internationale) in vijf categorieën ingedeeld.
A = geen indicatie van heupdysplasie
B = grensgeval
C = milde vorm van heupdysplasie
D = middelzware vorm van dysplasie
E = ernstige vorm van dysplasie
Voor de behandeling van een hond met heupdysplasie zijn, naast de röntgenfoto’s, de resultaten van het klinisch onderzoek en de symptomen bepalend.
Behandeling: welke opties voor behandeling zijn er?
Er zijn verschillende opties beschikbaar voor de behandeling van heupdysplasie bij honden. Het is echter belangrijk te weten dat geen enkele ervan tot genezing leidt. De vormen van behandeling verlichten pijn en ontsteking, vertragen de progressie van artrose en verbeteren de gewrichtsmechanismen en beweging. Welke vorm van behandeling wordt gekozen, hangt af van veel verschillende factoren, zoals de ernst van de symptomen, de resultaten van het röntgenonderzoek, het ras, de leeftijd en het lichaamsgewicht van de hond, en van jou als eigenaar van de hond.
Dierenartsen maken onderscheid tussen conservatieve en chirurgische behandeling bij heupdysplasie.
Conservatieve behandeling richt zich op vermindering van belasting en ondersteuning van de gewrichten. Bij overgewicht is gewichtsverlies noodzakelijk zodat de gewrichten niet extra worden belast door een te hoog lichaamsgewicht.
Voedingssupplementen zoals omega 3-vetzuren, groenlipmossel, chondroïtine en glucosamine worden gebruikt om de heupgewrichten te ondersteunen en de symptomen te verbeteren. Daarnaast moet je een overbelasting van de hond tegengaan met gecontroleerde beweging op zachte ondergrond. Hierbij worden de heupgewrichten ontzien en het bevordert de spierontwikkeling. Zwemmen is daar een goed voorbeeld van. Abrupte bewegingen, zoals bij het spelen, springen en draaien, moeten worden vermeden. Dit belast de gewrichtsoppervlakken, het gewrichtskapsel en het weefsel rond het gewricht te veel.
Daarnaast ondersteunen fysiotherapeutische maatregelen bij het verminderen van pijn en ontsteking en verlichten van spierspanning. Er worden vaak ontstekingsremmende medicijnen en pijnstillers gebruikt, soms in combinatie met elkaar.
Ook verschillende chirurgische behandelingen zijn denkbaar. Bij het kiezen van de behandeling maakt de dierenarts onderscheid tussen jonge honden zonder gewrichtsveranderingen en volwassen honden met reeds bestaande veranderingen in de gewrichten. In het ergste geval helpt – net als bij mensen – alleen het vervangen van het heupgewricht door een kunstgewricht.
Prognose: hoe zit het met de kansen op herstel?
De prognose hangt af van de ernst en de symptomen van heupdysplasie bij de hond. Door de behandelmogelijkheden te combineren, verbeteren de symptomen bij veel honden. Op deze manier kan de hond zo lang mogelijk zonder of met weinig symptomen door het leven gaan. Helaas is er geen genezing voor heupdysplasie.
Honden worden niet met dysplasie van de heupgewrichten geboren, maar ze erven er wel de aanleg voor. Puppy’s ontwikkelen een ‘losse’ heup (subluxatie) op de leeftijd van ongeveer twee maanden. Daarbij zit de heupkop niet voldoende stevig in de gewrichtskom van de heup, maar beweegt heen en weer. De resulterende veranderingen, zoals artrose van de heupgewrichten, treden op vanaf een leeftijd van vier maanden.
Veel honden met een milde vorm van heupdysplasie vertonen vaak pas symptomen, zoals kreupelheid, op hogere leeftijd. Verder kunnen factoren zoals een hoog lichaamsgewicht of snelle groei heupdysplasie verergeren.
Daarom is een gezonde voeding met een gematigde energetische waarde en een aangepast mineralengehalte heel belangrijk in de puppyleeftijd. Een te hoog energiegehalte of een hoge opname van mineralen zoals calcium kan een negatieve invloed hebben op heupdysplasie.
Profylaxe: hoe kan ik heupdysplasie bij mijn hond voorkomen?
Heupdysplasie bij honden is genetisch bepaald en kan dus alleen worden voorkomen door strikte maatregelen bij het fokken. Alleen honden zonder heupdysplasie worden voor voortplanting toegelaten.
Tot op zekere hoogte kun jij als hondeneigenaar echter ook helpen bij het voorkomen van ernstige heupdysplasie. Als je een puppy van een groot ras hebt, belast hem dan niet te veel. Vermijd bovendien energierijke voeding en zorg ervoor dat de mineralen- en vitaminegehalten in het voer specifiek op zijn behoeften zijn afgestemd.
De loopsheid bij teefjes is een heel normaal, natuurlijk verschijnsel. Toch maken veel hondenbezitters zich zorgen over het vreemde gedrag van het teefje. Ze ergeren ze zich aan vlekken op het nieuwe tapijt en zijn bang voor een ongewenst nestje. Hier lees je wat je over de loopsheid van jouw hond moet weten en hoe je de periode waarin de hond loops is zonder stress kunt doorstaan. Lees hier meer over de loopsheid van het teefje.
Heeft jouw hond last van terugkerende problemen met maag en darmen? De oorzaak zou Giardia kunnen zijn, die de dunne darm van jouw viervoeter koloniseert. Lees in het volgende artikel alles wat je moet weten over deze eencellige parasieten.
Atopische dermatitis bij de hond wordt ook wel contactdermatitis en omgevingsallergie genoemd. Het gaat om een chronische ontsteking van de huid (dermatitis), die door contact met bepaalde allergenen (allergie-veroorzakende eiwitten) ontstaat. De allergische ziekte treedt meestal al op vroege leeftijd op, tussen ongeveer 8 maanden en 3 jaar.